Duitsland

‘Wilhelmus van Nassouwe, Ben ick van Duytschen bloet,
Den Vaderland ghetrouwe, Blijf ick tot inden doot;
Een Prince van Oraengien, Ben ick vry onverveert
Den Coninck van Hispaengien, Heb ick altijt gheeert.’
(Wilhelmus – volkslied Nederland)

Na het wegfluiten van het Duitse volkslied en het meelallen van het Wilhelmus, kunnen de Oranjesupporters het Duitse bloed wel drinken. Een houding die meestal verantwoord wordt met de frustratie over de door Nederland verloren finale van het WK in 1974, hoewel volgens sommigen de diepere oorzaak ligt bij een fietsendiefstal in de veertiger jaren. 

Even leek het er op dat de verhouding zou normaliseren door de zoete wraak tijdens het EK in 1988. Oranje schakelde in de halve finale in eigen land Duitsland uit en Koeman veegde zijn achterste met het shirt van Olaf Thon. Het complex van de onoverwinnelijke Duitsers leek afgeworpen. Maar ook de onderlinge duels daarna bleven beladen. Zo kon in de confrontatie tijdens het WK-1990 Frank Rijkaard zijn afkeer over de tegenstander niet de baas. Zijn gif in de pruik van Rudi Voller kostte rood.

In de twee laatste ‘vriendschappelijke’ oefenduels was Oranje oppermachtig, maar het onterechte gelijkspel in 1998 en de marginale overwinning in 1999 houden de ‘moffenhekel’ levend voor Euro 2000.

De balans van Nederland-Duitsland is nog lang niet in evenwicht; van de 34 partijen won Nederland er tot nu toe 9 en Duitsland 13. Elke wedstrijd van Nederland tijdens Euro 2000 staat dus al bij voorbaat in de schaduw van een eventuele ontmoeting met de regerend kampioen Duitsland.

In schril contrast met de rivaliteit als de landen elkaar op het voetbalveld treffen, staat de voorliefde van ons vorstenhuis voor onze buren. Maar eigenlijk is dat niet zo gek als je bedenkt dat het huidige Nederland in de Middeleeuwen een bonte verzameling bisdommen, graafschappen en hertogdommen was, die tot 1648 onder gezag stonden van de Duitse Keizer.

De officiële Oranje-geschiedenis van Nederland begint in 1403 door het huwelijk van Johanna van Polanen met de Duitse graaf Engelbert I van Nassau. Hij verwierf daarmee het gebied van Breda, Geertruidenberg, Niervaart, Klundert en de Lek. Hun zoon Johan IV trouwde met Maria van Loon waardoor ook de omgeving van Den Bosch van Nassau werd. Uit politieke overwegingen zorgden de Nassaus voor een scheiding van hun Nederlandse (en later ook Franse) bezittingen en hun Duitse land.

Na enkele kinderloze huwelijken erfde de achter-achter-achterneef Willem van Nassau, de latere De Zwijger, het Nederlands-Franse Oranje-Nassau. Daarbij hoorde ook de titel Prins van Oranje en de belofte dat hij geen aanspraak kon maken op de Duitse gebieden.

De naam Claus is afgeleid van Nicolaas, de Griekse samenvoeging van Nikč (overwinning) en Laos (volk)

[vorige pagina] [beginscherm] [oranjelinks] [maximalinks]